Brief regering; Zevende voortgangsrapportage Binnenhof Renovatie - Renovatie Binnenhof - Hoofdinhoud
Deze brief is onder nr. 126 toegevoegd aan dossier 34293 - Renovatie Binnenhof.
Inhoudsopgave
Officiële titel | Renovatie Binnenhof; Brief regering; Zevende voortgangsrapportage Binnenhof Renovatie |
---|---|
Documentdatum | 14-04-2022 |
Publicatiedatum | 15-04-2022 |
Nummer | KST34293126 |
Kenmerk | 34293, nr. 126 |
Commissie(s) | Binnenlandse Zaken (BIZA) |
Externe link | origineel bericht |
Originele document in PDF |
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Vergaderjaar 2021
2022
BRIEF VAN DE MINISTER VOOR VOLKSHUISVESTING EN RUIMTELIJKE ORDENING
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 14 april 2022
Hierbij ontvangt u de rapportage over de voortgang van de renovatie van het Binnenhof over de periode van juli 2021 tot februari 2022. In deze voortgangsrapportage is een aantal toezeggingen uit het commissiedebat op 10 november 2021 uitgewerkt (Kamerstuk 34 293, nr. 124). Zo is een eerste meer concrete risico-inschatting opgenomen welke in de komende rapportages nog verder zal worden uitgewerkt. Ook wordt nader ingegaan op de mijlpalen en planning waar het de stand van zaken van de renovatie en meer specifiek vergunningen betreft. Voorts wordt de stand van zaken van de tijdelijke huisvesting voor het Ministerie van Algemene Zaken (AZ) toegelicht.
In deze brief ga ik nader op een aantal zaken in.
In de periode die deze rapportage beslaat zijn, conform planning, Eerste Kamer, Tweede Kamer en Raad van State verhuisd naar hun tijdelijke huisvesting. In oktober 2021 is het beheer van de gebouwen op het Binnenhof, die door deze gebruikers zijn verlaten, overgedragen aan het Rijksvastgoedbedrijf. De voor de renovatie noodzakelijke en geplande onderzoeksfase verloopt vanaf dat moment conform de uitgangspunten. Deze onderzoeksfase is een belangrijke mijlpaal. Het onderzoek vindt vooral plaats in de gebouwen en levert essentiële informatie op voor de vervolgfasen van de renovatie.
Het onderzoek dat de afgelopen maanden buiten de gebouwen plaatsvond levert ook waardevolle inzichten op in onze geschiedenis. Tijdens de bodemonderzoeken zijn enkele archeologische vondsten gedaan die ons helpen om de geschiedenis van het Binnenhof beter in kaart te kunnen brengen. In de voortgangsrapportage wordt nader ingegaan op de wijze waarop de onderzoeken worden uitgevoerd en hoe het publiek wordt betrokken.
kst-34293-126 ISSN 0921 - 7371 's-Gravenhage 2022
De renovatiewerkzaamheden volgen de vigerende planning waarbij voor de tijdelijke huisvesting AZ geldt dat deze zal worden gerealiseerd in het rijksverzamelkantoor op de Bezuidenhoutseweg 73, zoals aan uw Kamer gemeld op 16 december 2021 (Kamerstuk 34 293, nr. 125). In de bijgevoegde voortgangsrapportage1 is de laatste stand van zaken opgenomen. Na de zomer 2023 is de verbouwing gereed en starten de voorbereidende inhuizingswerkzaamheden.
Restauratiewerkzaamheden
Naar aanleiding van de toezegging uw Kamer te informeren over benodigde restauratiewerkzaamheden en daarbij een kostenindicatie op te nemen licht ik u graag het volgende toe.
Het monumentale Binnenhofcomplex omvat zo'n 4.000 vertrekken, ruimten, kamers, zalen, gangen, zolders en kelders en is in zijn totaliteit bijna 90.000 m2 groot. Het complex is voor het grootste deel hoog monumentaal. In 2015 heeft het kabinet besloten tot de renovatie van het Binnenhof met als uitgangspunt deze sober en doelmatig uit te voeren. De renovatieplannen gaan uit van alle werkzaamheden die vanuit technisch herstel noodzakelijk zijn.
In de projectscope is het conserveren van de monumentale gebouwonder-delen meegenomen. Dit omvat de werkzaamheden aan (onderdelen van) een gebouw om verval te stoppen of dreigende aantasting te voorkomen met als doel het zoveel mogelijk handhaven van de aangetroffen staat. Restauratie gaat verder dan het technisch herstel. Het betreft het uitvoeren van herstelwerkzaamheden die tot doel hebben het gebouw in goede staat te brengen met behoud van cultuurhistorische waarden.
Restauratie van een monument is een complex en kostbaar traject. Het vereist uitvoerig onderzoek door specialisten, bijvoorbeeld naar de oorspronkelijke staat van een gebouw en specifieke technieken en vakmanschap om de werkzaamheden uit te voeren. De exacte kosten variëren per element, kamer, gebouwdeel, de onderhoudsstaat waarin het element is, en periode van oorsprong.
In het commissiedebat van 10 november 2021 is toegezegd in deze rapportage toe te lichten waar sprake zou kunnen zijn van restauratie-noodzaak en de kosten die daarmee zijn gemoeid. De kosten voor een restauratie van het totale Binnenhofcomplex (inclusief Grafelijke Zalen) zullen naar schatting circa 220 tot 270 miljoen euro bedragen. Dit valt zoals eerder aangegeven buiten de scope van het programma en daarom is er binnen het programma ook geen budget voor beschikbaar. Daarmee geldt dat er voor alle eventuele restauratiewerkzaamheden extra budget noodzakelijk zal zijn.
Tevens blijkt uit onderstaand overzicht dat een flink aantal categorieën tot een vertraging van het project zal leiden. Deze inschatting is tot stand gekomen door de kengetallen van renovaties/restauraties zoals; Paleis het Loo, Rijksmuseum en Huis ten Bosch te vergelijken. Daarnaast zijn diverse restauratie architecten en ervaren kostendeskundigen met kennis van de gebouwdelen op het Binnenhof geraadpleegd.
Ten aanzien van de toegezegde inventarisatie van restauratiewerkzaamheden zijn vier categorieën te onderscheiden:
1 De buitenkant van het gebouw.
Hieronder vallen bijvoorbeeld de gevels en het daklandschap waarbij reparaties worden uitgevoerd en ontbrekende onderdelen worden teruggebracht.
Hiervoor geldt dat de werkzaamheden los van de renovatie kunnen worden uitgevoerd, en een kostenvoordeel, door deze werkzaamheden
1 Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl
in combinatie met de restauratie uit te voeren, niet direct wordt voorzien.
2 Individuele elementen.
Hieronder vallen bijvoorbeeld individuele stijlkamers.
Hiervoor geldt dat de werkzaamheden los van de renovatie kunnen worden uitgevoerd, en een kostenvoordeel door deze werkzaamheden in combinatie met de restauratie uit te voeren niet direct wordt voorzien.
3 Restauratie met bouwkundige impact.
Hieronder valt de restauratie van elementen met een grote impact qua bouwwerkzaamheden, zoals bijvoorbeeld de restauratie van de kap van de Hofkapel of het terugbrengen van het plafond van de Mary Stuart zaal.
De impact van deze werkzaamheden is groot. Zij vereisen dat de gebouwen niet in gebruik zijn. Wanneer deze werkzaamheden worden gecombineerd met de renovatie zal het hiervoor noodzakelijke extra budget bovenop het huidige projectbudget lager zijn dan wanneer hiertoe op een later moment wordt besloten. Al is nu op voorhand gezegd wel de verwachting dat dit niet binnen de huidige doorlooptijden van de renovatie gerealiseerd kan worden.
4 Gangen en trappen.
Hieronder vallen restauratiewerkzaamheden waarbij het noodzakelijk is dat de gebouwdelen niet in gebruik zijn.
De impact van deze werkzaamheden is groot. Zij vereisen dat de gebouwen niet in gebruik zijn. Wanneer deze werkzaamheden worden gecombineerd met de renovatie zal het hiervoor noodzakelijke extra budget bovenop het huidige projectbudget lager zijn dan wanneer hiertoe op een later moment wordt besloten Deze werkzaamheden zullen naar verwachting een impact hebben op de doorlooptijden van de renovatie.
Voor alle vier de categorieën is nader onderzoek nodig om de exacte kosten die buiten de scope en daarmee het budget van het programma vallen en impact op de planning te kunnen bepalen.
In bijgevoegde voortgangsrapportage wordt nader ingegaan op de stand van zaken van het programma Binnenhof renovatie in al haar aspecten.
De heer Remkes benadrukte in zijn rapport het belang van technische briefings in het kader van de informatievoorziening. Vanzelfsprekend is het Rijksvastgoedbedrijf ook nu en in de toekomst bereid om een briefing te verzorgen om een toelichting te kunnen geven op deze voortgangsrapportage.
De Minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening,
H.M. de Jonge
Tweede Kamer, vergaderjaar 2021-2022, 34 293, nr. 126 3