Verslag van een schriftelijk overleg met de initiatiefnemer over de appreciatie van de uitvoeringstoetsen bij de Wet verdringingstoets - Voorstel van wet van het lid Van Kent tot wijziging van de Participatiewet en enkele andere wetten in verband met de invoering van een verdringingstoets (Wet verdringingstoets) - Hoofdinhoud
Dit verslag van een schriftelijk overleg is onder nr. N toegevoegd aan wetsvoorstel 34325 - Initiatiefvoorstel Wet verdringingstoets i.
Inhoudsopgave
Officiële titel | Voorstel van wet van het lid Van Kent tot wijziging van de Participatiewet en enkele andere wetten in verband met de invoering van een verdringingstoets (Wet verdringingstoets); Verslag van een schriftelijk overleg met de initiatiefnemer over de appreciatie van de uitvoeringstoetsen bij de Wet verdringingstoets |
---|---|
Documentdatum | 27-08-2021 |
Publicatiedatum | 27-08-2021 |
Nummer | KST34325N |
Kenmerk | 34325, nr. N |
Externe link | origineel bericht |
Originele document in PDF |
Eerste Kamer der Staten-Generaal
2021
Vergaderjaar 2020-
34 325
Voorstel van wet van het lid Van Kent tot wijziging van de Participatiewet en enkele andere wetten in verband met de invoering van een verdringingstoets (Wet verdringingstoets)
VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
Vastgesteld 26 augustus 2021
De leden van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid1 hebben op 13 juli 2021 gesproken over de brief van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 5 juli 2021 waarin een kabinetsappreciatie wordt gegeven van de uitvoeringstoetsen bij de Wet verdringingstoets (34 325).
De plenaire behandeling van dit initiatiefwetsvoorstel is op 9 maart 2021 geschorst in afwachting van het te ontvangen resultaat van voornoemde uitvoeringstoetsen met appreciatie van de initiatiefnemer en de regering.
Naar aanleiding hiervan is op 14 juli 2021 een brief gestuurd aan de heer Van Kent.
De heer Van Kent heeft op 25 augustus 2021 gereageerd.
De vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid brengt bijgaand verslag uit van het gevoerde schriftelijk overleg.
De griffier van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
Van der Bijl
1 Samenstelling:
Kox (SP), Essers (CDA), Ester (CU), Sent (PvdA) (voorzitter), Van Strien (PVV), N.J.J. van Kesteren (CDA), Oomen-Ruijten (CDA), Schalk (SGP), Stienen (D66), De Bruijn-Wezeman (VVD) (ondervoorzitter), A.J.M. van Kesteren (PVV), Van Rooijen (50PLUS), Van Ballekom (VVD), Crone (PvdA), Frentrop (FVD), Geerdink (VVD), Van Gurp (GL),Moonen (D66), Rosenmöller (GL), Vendrik (GL), De Vries (Fractie-Otten), Van der Burg (VVD), Van Pareren (Fractie-Nanninga), Berkhout (Fractie-Nanninga), Raven (OSF) en Prast (PvdD)
kst-34325-N ISSN 0921 - 7371 's-Gravenhage 2021
BRIEF VAN DE VOORZITTER VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID
Aan de heer van Kent van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 14 juli 2021
De leden van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid hebben op 13 juli 2021 gesproken over de brief van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 5 juli 2021 waarin een kabinetsap-preciatie wordt gegeven van de uitvoeringstoetsen bij de Wet verdrin-gingstoets (34 325).2
De plenaire behandeling van dit initiatiefwetsvoorstel is op 9 maart 2021 geschorst in afwachting van het te ontvangen resultaat van voornoemde uitvoeringstoetsen met appreciatie van de initiatiefnemer en de regering. De commissie ontvangt daarom graag ook uw appreciatie van de uitvoeringstoetsen. Om dit langlopende wetgevingstraject binnen afzienbare tijd tot een afronding te brengen ontvangt de commissie uw reactie graag uiterlijk 30 september 2021.
Voorzitter van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
E.M. Sent
2 Kamerstukken I 2020/2021,34 325, M.
BRIEF VAN DE HEER VAN KENT VAN DE TWEEDE KAMER DER STATEN-GENERAAL
Aan voorzitter van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Den Haag, 25 augustus 2021
Hartelijk dank voor uw brief met kenmerk 160916.20U, over de appreciatie van de uitvoeringstoetsen Initiatiefvoorstel-Van Kent Wet verdringings-toets (34 325).
Wij hebben de uitvoeringstoetsen ontvangen en bestudeerd. Dit is aanleiding voor ons om nader in gesprek te gaan met een aantal betrokkenen. Ook leggen wij in oktober een werkbezoek af betreffende dit onderwerp aan de gemeente Den Haag om ons te verdiepen in de betreffende uitvoeringskwesties. Naar aanleiding van het werkbezoek en de gesprekken zullen wij tot een besluit komen of een novelle noodzakelijk en gewenst is. Uiteraard zullen wij uw Kamer zo goed mogelijk informeren over het traject en betrachten wij naast de broodnodige zorgvuldigheid, ook spoed.
Ik hoop u hiermee voldoende geïnformeerd te hebben.
Tweede Kamer der Staten-Generaal,
-
B.van Kent
Eerste Kamer, vergaderjaar 2020-2021, 34 325, N 3