Verslag van een nader schriftelijk overleg met de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over ontwikkelingen inzake de Europese dimensie van de Tozo-uitkering - Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (XV) voor het jaar 2020 (Vierde incidentele suppletoire begroting inzake steun- en herstelpakket) - Hoofdinhoud

Dit verslag van een schriftelijk overleg is onder nr. K toegevoegd aan wetsvoorstel 35542 - Vierde incidentele suppletoire begroting Sociale Zaken en Werkgelegenheid 2020 (steun- en herstelpakket) i.

Officiële titel	Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (XV) voor het jaar 2020 (Vierde incidentele suppletoire begroting inzake steun- en herstelpakket); Verslag van een nader schriftelijk overleg met de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over ontwikkelingen inzake de Europese dimensie van de Tozo-uitkering
Document­datum	18-06-2021
Publicatie­datum	18-06-2021
Nummer	KST35542K
Kenmerk	35542, nr. K
Externe link	origineel bericht
Originele document in PDF

Eerste Kamer der Staten-Generaal

2021

Vergaderjaar 2020-

35 542

Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (XV) voor het jaar 2020 (Vierde incidentele suppletoire begroting inzake steunen herstelpakket)

VERSLAG VAN EEN NADER SCHRIFTELIJK OVERLEG

Vastgesteld 18 juni 2021

De leden van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid¹ hebben kennisgenomen van het antwoord van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid d.d. 15 februari 2021 op de nadere vragen van de leden van de commissie van 9 februari 2021 over de beantwoording van de door de Europese Commissie gestelde vragen ten aanzien van de vraag of het niet-exporteren van de Tozo een belemmering kan vormen voor de vrijheid van vestiging.²

Naar aanleiding hiervan is op 2 maart 2021 nog een vervolgvraag gesteld aan de Minister.

De Minister heeft op 17 juni 2021 gereageerd.

De commissie brengt bijgaand verslag uit van het gevoerde nader schriftelijk overleg.

De griffier van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Van der Bijl

¹    Samenstelling: Kox (SP), Essers (CDA), Ester (CU), Sent (PvdA) (voorzitter), Van Strien (PVV), N.J.J. van Kesteren (CDA), Oomen-Ruijten (CDA), Schalk (SGP), Stienen (D66), De Bruijn-Wezeman (VVD) (ondervoorzitter), A.J.M. van Kesteren (PVV), Van Rooijen (50PLUS), Van Ballekom (VVD), Crone (PvdA), Frentrop (FVD), Geerdink (VVD), Van Gurp (GL),Moonen (D66), Rosenmöller (GL), Vendrik (GL), De Vries (Fractie-Otten), Van der Burg (VVD), Van Pareren (Fractie-Nanninga), Berkhout (Fractie-Nanninga), Raven (OSF), Prast (PvdD)

²    Kamerstukken I 2020/2021,35 542, I.

kst-35542-K ISSN 0921 - 7371 's-Gravenhage 2021

BRIEF VAN DE VOORZITTER VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Den Haag, 2 maart 2021

De leden van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid hebben kennisgenomen van uw antwoord d.d. 15 februari 2021 op de nadere vragen van de leden van de commissie van 9 februari 2021 over de beantwoording van de door de Europese Commissie gestelde vragen ten aanzien van de vraag of het niet-exporteren van de Tozo een belemmering kan vormen voor de vrijheid van vestiging.¹ De leden van de commissie, met uitzondering van de leden van de VVD-fractie en van de D66-fractie, hebben nog een enkele vervolgvraag.

In het verlengde van de toegezonden (ambtelijke) beantwoording van de door de Europese Commissie gestelde vragen vernemen de leden graag of u kunt aangeven wat het overleg met de Europese Commissie over de belemmering van de vrijheid van vestiging tot dusverre heeft opgeleverd. Tevens verzoeken deze leden u om de commissie onverwijld op de hoogte te houden van toekomstige ontwikkelingen op dit terrein.

De leden van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid wensen graag door u op een zo kort mogelijke termijn nader te worden geïnformeerd.

De voorzitter van de vaste commissie Sociale Zaken en Werkgelegenheid, E.M. Sent

BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 17 juni 2021

In het verlengde van de toegezonden (ambtelijke) beantwoording van de door de Europese Commissie gestelde vragen van 15 februari 2021 heeft Uw Kamer bij brief van 2 maart 2021 gevraagd of kan worden aangegeven wat het overleg met de Europese Commissie over de belemmering van de vrijheid van vestiging tot dusverre heeft opgeleverd. Ook is verzocht om de commissie onverwijld op de hoogte te houden van toekomstige ontwikkelingen op dit terrein.

Ter beantwoording van uw verzoek om de vaste Eerste Kamercommissie voor SZW op de hoogte te houden ontvangt u ter informatie van de laatste stand van zaken mijn brief van 27 mei 2021 aan de TK² die (op bladzijde 7) mede antwoord geeft op uw vragen.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

• W. 

  Koolmees

Eerste Kamer, vergaderjaar 2020-2021, 35 542, K 3

¹

Kamerstukken I 2020/2021,35 542, I.

²

Ter inzage gelegd bij de Direcite Inhoud.