Memorie van antwoord - Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (XV) voor het jaar 2021 (Incidentele suppletoire begroting inzake de herijking van het Steun- en herstelpakket)

Deze memorie van antwoord i is onder nr. C toegevoegd aan wetsvoorstel 35669 - Incidentele suppletoire begroting SZW 2021 inzake de herijking van het Steun- en herstelpakket i.

1.

Kerngegevens

Officiële titel Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (XV) voor het jaar 2021 (Incidentele suppletoire begroting inzake de herijking van het Steun- en herstelpakket); Memorie van antwoord
Document­datum 23-03-2021
Publicatie­datum 23-03-2021
Nummer KST35669C
Kenmerk 35669, nr. C
Externe link origineel bericht
Originele document in PDF

2.

Tekst

Eerste Kamer der Staten-Generaal

2021

Vergaderjaar 2020-

35 669

Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (XV) voor het jaar 2021 (Incidentele suppletoire begroting inzake de herijking van het Steun- en herstelpakket)

MEMORIE VAN ANTWOORD

Ontvangen 23 maart 2021

Het voorbereidend onderzoek heeft de commissie aanleiding gegeven tot het maken van de volgende opmerkingen en het stellen van de volgende vragen.

Inleiding

De leden van de D66-fractie hebben met belangstellig kennisgenomen van de voorliggende incidentele suppletoire begroting inzake de herijking van het Steun- en herstelpakket. Zij hebben een enkele vraag aan de regering.

De leden van de SP-fractie hebben kennisgenomen van het wetsvoorstel Incidentele suppletoire begroting SZW2021 inzake de herijking van het Steun- en herstelpakket en hebben hierover nog enige vragen en opmerkingen aan de regering.

De regering heeft met belangstelling kennisgenomen van de vragen die de leden van de Eerste Kamer van de hierboven genoemde fracties hebben gesteld en de opvattingen die zij hebben over het wetsvoorstel «Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (XV) voor het jaar 2021 (Incidentele suppletoire begroting inzake de herijking van het Steun- en herstelpakket)». De regering dankt de leden van de fracties voor hun inbreng.

Hieronder gaat de regering in op de vragen en opmerkingen van de leden van de fracties. De vragen en opmerkingen van de fractie zijn cursief weergegeven en genummerd. Daarna volgt telkens de reactie van de regering. Voor zover de vragen een grote onderlinge samenhang vertonen, worden deze vragen integraal en in samenhang beantwoord.

kst-35669-C ISSN 0921 - 7371 's-Gravenhage 2021

NOW

Tijdens het debat op 10 november 20201 met de Minister van SZW over de Vierde incidentele suppletoire begroting inzake steun- en herstelpakket1 2 3 heeft het lid Moonen van D66 aan de orde gesteld de maximale maand-loonvergoeding van de NOW te verlagen. Die vergoedingen kunnen nu immers oplopen tot 9.538 euro per maand en de vraag is of dit wijs en proportioneel is, zeker wanneer de coronacrisis langer gaat duren. De Minister heeft hierop geantwoord dat in de eerste fase van de NOW bewust deze hogere vergoeding van twee keer het sv-dagloon is toegestaan met als motivering dat mensen anders sneller ontslagen zouden worden als men deze vergoeding zou verlagen. Maar in het Steunen herstelpakket voor de derde fase, de periode van 1 april tot 1 juli, gaf de Minister aan om de vergoeding te normaliseren naar één keer het sv-dagloon. Dit vanuit het argument van de overheidsfinanciën en de lange termijn normalisatie. De leden van de D66-fractie vragen of de regering kan aangeven waarom alsnog is afgezien van deze versobering naar één keer het sv-loon (vraag 1).

Antwoord op vraag 1

Door de verlenging van de lockdown is het niet wenselijk om de voorgenomen afbouw van de NOW-regeling voort te zetten. Zo ook de verlaging van de maximale subsidie per werknemer naar éénmaal het dagloon. Afbouw naar éénmaal het dagloon zou in deze verlengde lockdown een hoger risico betekenen op het alsnog moeten ontslaan van werknemers door werkgevers, wat de NOW juist zoveel mogelijk probeert te voorkomen.

NOW en TVL

Na in 2020 al 48,5 miljard euro beschikbaar gesteld te hebben voor sociaaleconomische maatregelen vanwege de effecten van de coronapan-demie, stelt de regering voor dit jaar nog eens 25 miljard euro beschikbaar, met name voor steunmaatregelen aan ondernemers in het kader van de NOW, de TVL, de TOZO en de TONK. Met die steunmaatregelen poogt de regering bedrijven overeind te houden ondanks wegval van productie en afzet, teneinde daarmee werkgelegenheid niet te laten vervallen. De leden van de SP-fractie vragen welke resultaten de regering denkt te bewerkstelligen met het beschikbaar stellen van de nieuwe middelen die toegespitst zijn op de verruimingen in de NOW en de TVL (vraag 2).

Antwoord op vraag 2

Met de verruimingen in het steunpakket (Kamerbrief dd. 21 januari 20213), waaronder in de NOW en de TVL, blijft het doel van de regering onveranderd; het zoveel mogelijk behouden van werkgelegenheid en het ondersteunen van bedrijven die geraakt zijn door de Coronacrisis. Gezamenlijk koersen we naar de eindstreep van deze crisis, en willen hierin zoveel mogelijk en zo goed als het kan mensen en bedrijven meenemen.

TONK

De leden van de SP-fractie vragen welk beroep er inmiddels is gedaan op de TONK, zowel wat aanvragen als toekenningen betreft (vraag 3).

Antwoord op vraag 3

Het is te vroeg om deze vraag te kunnen beantwoorden. De eerste gemeenten zijn 1 maart begonnen met het behandelen van aanvragen. Veel andere gemeenten zullen de komende weken aanvragen gaan behandelen. Rijk en gemeenten zullen de ontwikkelingen de komende tijd monitoren. Aangezien de middelen worden toegevoegd aan de Algemene Uitkering, hoeven gemeenten geen verantwoording af te leggen aan het Rijk.

De leden van de SP-fractie vragen wanneer gemeenten de beschikking krijgen over de TONK-middelen en of het gelukt is om versnelde uitbetaling mogelijk te maken (vraag 4).

Antwoord op vraag 4

Het gereserveerde budget voor de Tijdelijke Ondersteuning Noodzakelijke Kosten (TONK) bestaat uit twee tranches; een tranche voor het eerste kwartaal van 2021 en een tranche voor het tweede kwartaal van 2021. De eerste tranche loopt mee in de tussentijdse maartbrief van het Gemeentefonds. Dat betekent dat gemeenten vanaf april over deze middelen kunnen beschikken. De tweede tranche wordt op een later moment toegevoegd aan het Gemeentefonds. Belangrijk om te vermelden is dat gemeenten niet hoeven te wachten met uitvoering van het beleid totdat de middelen daadwerkelijk zijn overgeboekt.

Tozo

De leden van de SP-fractie vragen waarom de regering wel de NOW en TVL verruimt maar afziet van het schrappen van de partnertoets in de TOZO, hoewel de nood bij zelfstandigen alleen maar groter is geworden. Wat zou het schrappen van de partnertoets aan middelen vergen? (Vraag 5).

Antwoord op vraag 5

Zoals in de Kamerbrief over de uitbreiding economisch steun- en herstelpakket van 21 januari 2021 is aangegeven, neemt het kabinet diverse maatregelen om de crisis te bestrijden en banen en bedrijvigheid zo veel als mogelijk te behouden. Naast aanpassingen in de NOW en TVL, worden ook wijzigingen doorgevoerd in de Tozo. Zo is besloten de geplande vermogenstoets in de Tozo voor Q2 te schrappen en is het per 1 februari mogelijk gemaakt om Tozo met terugwerkende kracht vanaf de voorafgaande maand aan te vragen.

Daarnaast is er de TONK voor huishoudens die door de huidige omstandigheden te maken hebben met een onvoorzienbare en onvermijdelijke terugval in hun inkomen en die daardoor noodzakelijke kosten niet meer kunnen voldoen. Deze regeling is gerichter dan het schrappen van de partnertoets, omdat hiermee geld terechtkomt bij huishoudens die dit het meest nodig hebben. Afschaffing van de partnerinkomenstoets zou daarnaast onrechtvaardig zijn richting mensen die in de reguliere bijstand zitten. Deze toets vormt binnen de bijstand een belangrijk fundament om voldoende draagvlak voor ons sociale stelsel te behouden. Ten slotte zou het schrappen van de partnerinkomenstoets grote uitvoeringstechnische consequenties hebben, terwijl gemeenten op dit moment alle capaciteit nodig hebben om de TONK op te tuigen. Het budget voor de TONK is onlangs verdubbeld tot 260 miljoen euro.

De budgettaire gevolgen voor het schrappen van de partnerinkomens-toets zijn afhankelijk van de ingangsdatum en het vervolg van de coronamaatregelen. Naar schatting gaat het om enkele honderden miljoenen euro's.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

  • W. 
    Koolmees

Eerste Kamer, vergaderjaar 2020-2021, 35 669, C 4

1

   Handelingen I 2020/2021, nr.9, item 5.

2

   Kamerstukken I 2020/2021,35 542, A.

3

   Kamerstukken I 2020/2021,35 420, AB.


 
 
 

3.

Meer informatie

 

4.

Parlementaire Monitor

Met de Parlementaire Monitor volgt u alle parlementaire dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.