Brief regering; Reactie op verzoek commissie over uitvoering van moties betreffende de bestrijding van watercrassula - Natuurbeleid - Hoofdinhoud
Deze brief is onder nr. 222 toegevoegd aan dossier 33576 - Natuurbeleid.
Inhoudsopgave
Officiële titel | Natuurbeleid; Brief regering; Reactie op verzoek commissie over uitvoering van moties betreffende de bestrijding van watercrassula |
---|---|
Documentdatum | 05-02-2021 |
Publicatiedatum | 10-02-2021 |
Nummer | KST33576222 |
Kenmerk | 33576, nr. 222 |
Commissie(s) | Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) |
Externe link | origineel bericht |
Originele document in PDF |
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Vergaderjaar 2020-2021
33 576
Nr. 222 BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 5 februari 2021
Met deze brief licht ik op verzoek van uw vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) toe op welke wijze ik uitvoering geef aan twee aangenomen moties die betrekking hebben op watercrassula (Kamerstuk 33 576, nrs. 214 en nr. 215).
Motie over de verkoop van de overwoekerende watercrassula zo spoedig mogelijk te verbieden (Kamerstuk 33 576, nr. 214)
Met motie nr. 214 verzoeken de leden Moorlag (PvdA) en Weverling (VVD) de verkoop van watercrassula zo spoedig mogelijk te verbieden1. Ik heb besloten watercrassula als soort voor te dragen bij de Europese Commissie voor plaatsing op de Europese Unielijst voor zorgwekkende invasieve uitheemse soorten (hierna: Unielijst). De Unielijst valt onder de werking van de Europese Exotenverordening die specifiek voor dit doel in het leven is geroepen (Vo nr. 1143/2014). In artikel 7 van de Exotenverordening zijn beperkingen opgenomen, waaronder een handelsverbod.
Voordracht voor plaatsing op de Unielijst vereist een goede onderbouwing van de schadelijkheid en invasiviteit van een soort. Die onderbouwing is nu voorhanden. Het onafhankelijke Bureau Risicobeoordeling (bureau) van de Nederlandse Voedsel-en Warenautoriteit heeft recent een risicobeoordeling van watercrassula laten maken en zal hierover binnenkort een advies publiceren. Een van de aanbevelingen in het advies van bureau is voordracht voor plaatsing op de Unielijst.
In lijn met de motie en vooruitlopend op de publicatie van het bureau-advies heb ik de Europese Commissie inmiddels verzocht de risicobeoordeling van watercrassula in behandeling te nemen. Tevens heb ik besloten
1 Motie met Kamerstuk 33 576,. nr. 211 van het lid Bromet vraagt ook om een verbod op de verkoop van watercrassula.
kst-33576-222 ISSN 0921 - 7371 's-Gravenhage 2021
ook drie Aziatische duizendknopen voor te dragen voor plaatsing op de Unielijst.
Motie over op passende wijze bij te dragen aan het bestrijden van de watercrassula op de Wadden om zo de unieke, inheemse natuur van de Wadden te behouden en te beschermen (Kamerstuk 33 576, nr. 215)
Er bestaat nog geen kosteneffectieve manier om watercrassula te bestrijden.
Het is verstandig om de (beperkte) middelen nu vooral in te zetten op het verder ontwikkelen en verbeteren van bestrijdingsmethoden. Binnen verschillende projecten is gezocht naar meer effectieve, betaalbare en praktisch uitvoerbare bestrijdingsmethoden. Zulk onderzoek blijft nodig en de resultaten kunnen op meerdere locaties worden ingezet, waardoor iedereen uiteindelijk de vruchten kan plukken. Een voorbeeld daarvan is het project BioCops dat meedingt naar de Europese LIFE-subsidies en waarvoor ik mijn steun heb uitgesproken. BioCops staat voor BIOlogical Control Of invasive PlantS en betreft het inzetten van biologische beheersing tegen vier invasieve plantensoorten in Nederland en België waaronder watercrassula en Aziatische duizendknopen.
Het Rijk en de provincies hebben in nauwe samenwerking met de terreinbeherende organisaties het Uitvoeringsprogramma Natuur uitgewerkt. Met dit uitvoeringsprogramma gaan Rijk, provincies en maatschappelijke partners samen de natuur de komende jaren verder versterken en verbeteren. Invasieve exoten worden in dit uitvoeringsprogramma genoemd als factor die invloed heeft op de staat van instandhouding van stikstofgevoelige VHR-soorten en habitattypen. Een deel van de middelen kan worden ingezet voor de aanpak van invasieve exoten.
In het uitvoeringsprogramma staat benoemd dat invasieve exoten binnen het Natuurnetwerk Nederland, met name watercrassula en Japanse duizendknoop, aandacht vragen. En dat we willen voorkomen dat een grote inzet om omgevingscondities in een gebied te verbeteren teniet wordt gedaan door invasieve exoten. We onderzoeken of in bepaalde gebieden nog extra maatregelen nodig zijn om ze te bestrijden of beter te beheersen. Veel bestrijdingsmaatregelen zijn niet duurzaam en ook kostbaar. We brengen daarom prioriteiten aan in gebieden en soorten.
Concreet betekent dit dat de Waddenprovincies daar waar het stikstofgevoelige Natura 2000-gebieden betreft eerst de route van de herstelmaatre-gelen stikstof (spoor 2) kunnen volgen en zelf een voorstel kunnen doen door de bestrijding van watercrassula in hun maatregelenpakket onder het programma Natuur op te nemen. Na beoordeling van het maatregelenpakket zullen de middelen via een specifieke uitkering aan de provincie beschikbaar worden gesteld.
De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
C.J. Schouten
Tweede Kamer, vergaderjaar 2020-2021, 33 576, nr. 222 2