Besluit van 30 november 2020 tot vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de Wet vereenvoudiging beslagvrije voet, artikel XXIXA van de Verzamelwet SZW 2018 en artikel XIII, onderdelen B, C, E, F, G, H, I, J en K, van de Verzamelwet SZW 2020 - Hoofdinhoud
Inhoudsopgave
Documentdatum | 08-12-2020 |
---|---|
Publicatiedatum | 08-12-2020 |
Kenmerk | Stb. 2020, 499 |
Externe link | origineel bericht |
Originele document in PDF |
Besluit van 30 november 2020 tot vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de Wet vereenvoudiging beslagvrije voet, artikel XXIXA van de Verzamelwet SZW 2018 en artikel XIII, onderdelen B, C, E, F, G, H, I, J en K, van de Verzamelwet SZW 2020
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 25 november 2020, nr. 2020-0000161237;
Gelet op artikel XXIV van de Wet vereenvoudiging beslagvrije voet, artikel XXXVI van de Verzamelwet SZW 2018, artikel XX van de Verzamelwet SZW 2020 en artikel 10 van het Besluit beslagvrije voet;
Hebben goedgevonden en verstaan:
De Wet vereenvoudiging beslagvrije voet, met uitzondering van de tweede volzin van het met in artikel I, onderdeel D, opgenomen nieuwe tweede lid, artikel XXIXA van de Verzamelwet SZW 2018, de artikelen XIII, onderdelen B, C, E, F, G, H, I, J en K, en XVIIIC van de Verzamelwet SZW 2020 en het Besluit beslagvrije voet treden in werking met ingang van 1 januari 2021.
Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit besluit dat met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.
’s-Gravenhage, 30 november 2020
Willem-Alexander
De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, B. van ’t Wout
Uitgegeven de achtste december 2020
De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus
Dit besluit regelt dat de Wet vereenvoudiging beslagvrije voet (Stb. 2017, 110), artikel XXIXA van de Verzamelwet SZW 2018, artikelen XIII, onderdelen B, C, E, F, G, H, I, J en K, en XVIIIC van de Verzamelwet SZW 2020 en het Besluit beslagvrije voet op 1 januari 2021 in werking treden. Artikel XIII, onderdelen A en D, van de Verzamelwet SZW 2020 zijn reeds inwerking getreden. Artikel XXIXA van de Verzamelwet SZW 2018 en artikelen XIII, onderdelen B, C, E, F, G, H, I, J en K, XVIIIC van de Verzamelwet SZW 2020 wijzigen het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering zoals dat komt te luiden nadat de Wet vereenvoudiging beslagvrije voet in werking is getreden. Voor de volgorde van inwerkingtreding is de datum van vaststelling van de regeling bepalend.
De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, B. van ’t Wout