Verslag van een schriftelijk overleg met de minister van VWS inzake stand van zaken gedwongen zorgwetten - Zorg en dwang - Hoofdinhoud
Dit verslag van een schriftelijk overleg is onder nr. B toegevoegd aan wetsvoorstel 32399 - Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg i en dossier 35370 - Zorg en dwang.
Inhoudsopgave
| Officiële titel | Zorg en dwang; Verslag van een schriftelijk overleg met de minister van VWS inzake stand van zaken gedwongen zorgwetten |
|---|---|
| Documentdatum | 08-05-2020 |
| Publicatiedatum | 08-05-2020 |
| Nummer | KST931900 |
| Kenmerk | 35370; 32399, nr. B |
| Externe link | origineel bericht |
| Originele document in PDF |  |
Eerste Kamer der Staten-Generaal
Vergaderjaar 2019-2020
35 370 Zorg en dwang
32 399 Regels voor het kunnen verlenen van verplichte zorg aan een persoon met een psychische stoornis (Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg)
B1 VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
Vastgesteld 8 mei 2020
De commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport2 heeft kennisgenomen van de brief van 20 januari 2020 over de stand van zaken van de Wet zorg en dwang psychogeriatrische en verstandelijk gehandicapte cliënten (Wzd)3 en de brief van 20 december 2019 over de stand van zaken van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz)4.
Naar aanleiding hiervan is op 14 februari 2020 een brief gestuurd aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en aan de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.
De minister heeft op 30 april 2020 gereageerd, mede namens de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.
De commissie brengt bijgaand verslag uit van het gevoerde schriftelijk overleg.
De griffier van de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport, De Boer
BRIEF VAN DE VOORZITTER VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT
Aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Den Haag, 14 februari 2020
De commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) heeft kennisgenomen van de brief van 20 januari 2020 over de stand van zaken van de Wet zorg en dwang psychogeriatrische en verstandelijk gehandicapte cliënten (Wzd)5 en de brief van 20 december 2019 over de stand van zaken van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz)6. De leden van de commissie maken zich zorgen over de uitvoerbaarheid van beide wetten, de samenloop en relatie tussen beide regimes7, de administratieve lastenverzwaring en de mogelijke gevolgen van de twee wettelijke regimes voor de uitvoeringspraktijk.
Zij zijn ook bezorgd over de mogelijke onduidelijkheid over het regime dat in het overgangsjaar wordt toegepast.
De leden van de commissie zijn voornemens om hierover vóór de zomer met u het gesprek aan te gaan, waarbij ook de staatssecretaris van VWS zal worden uitgenodigd. Zij willen graag de beantwoording van de door de Tweede Kamer gestelde vragen8 in hun overwegingen betrekken. Zij vernemen dan ook graag welke planning u voor ogen heeft, zodat gezocht kan worden naar een geschikte datum voor het gesprek over de gedwongen zorgwetten.
Mr. drs. M.A.M. Adriaansens
Voorzitter van de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Een soortgelijke brief zal worden verstuurd naar de staatssecretaris van VWS
BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT
Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 30 april 2020
U gaf in uw brief van 14 februari 2020 aan dat de commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) voornemens is een mondeling overleg te plannen over twee brieven. Het betreft de brief van 20 januari 2020 over de stand van zaken van de Wet zorg en dwang psychogeriatrische en verstandelijk gehandicapte cliënten (Wzd) en de brief van 20 december 2019 over de stand van zaken van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz).
De leden van de commissie gaven aan graag de beantwoording van de door de Tweede Kamer gestelde vragen in hun overwegingen te betrekken. Ik doe u hierbij, mede namens de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, een afschrift van de beantwoording toekomen (bijlage I9). Wij zijn uiteraard gaarne bereid om de stand van zaken nader toe te lichten.
de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
Hugo de Jonge
3
Letter B heeft alleen betrekking op 35 370.
Samenstelling:
Ganzevoort (GL), Gerkens (SP), Van Dijk (SGP), Van Hattem (PVV), Nooren (PvdA), Oomen-Ruijten (CDA), Rombouts (CDa), Bredenoord (D66), Koole (PvdA),Teunissen (PvdD), De Bruijn-Wezeman (VVD), Baay-Timmerman (50PLUS), A.J.M. van Kesteren (PVV), Wever (VVD), Adriaansens (VVD) (voorzitter), Van der Burg (VVD), Gerbrandy (OSF), Van Gurp (GL), Van Pareren (FVD) (ondervoorzitter), Pouw-Verweij (FVD), Prins (CDA), Vendrik (GL), Verkerk (CU), Hermans (FVD) Van der Voort (D66), De Vries (Fractie-Otten)
Kamerstukken I 2019/20, 35370/32399, A.
Kamerstukken I 2019/20, 32399, M.
Kamerstukken I 2019/20, 35370/32399, A.
Kamerstukken I 2019/20, 32399, M.
Zie ook het verslag nader schriftelijk overleg van 5 februari 2020 (Kamerstukken I 2019/20, 32399/31996, N).
Commissievergadering van 30 januari 2020.
Ter inzage gelegd op de afdeling Inhoudelijke ondersteuning.