Brief regering; Uitzendingen Nieuwsuur over invloed salafisme - Grondrechten in een pluriforme samenleving - Hoofdinhoud
Deze brief is onder nr. 136 toegevoegd aan dossier 29614 - Grondrechten in een pluriforme samenleving.
Inhoudsopgave
Officiële titel | Grondrechten in een pluriforme samenleving; Brief regering; Uitzendingen Nieuwsuur over invloed salafisme |
---|---|
Documentdatum | 13-09-2019 |
Publicatiedatum | 24-09-2019 |
Nummer | KST29614136 |
Kenmerk | 29614, nr. 136 |
Commissie(s) | Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) |
Externe link | origineel bericht |
Originele document in PDF |
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Vergaderjaar 2018-2019
29 614
Grondrechten in een pluriforme samenleving
Nr. 136 BRIEF VAN DE MINISTERS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELE
GENHEID EN VOOR RECHTSBESCHERMING
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 13 september 2019
Op 10 en 11 september hebben Nieuwsuur en NRC gemeld dat kinderen op salafistische moskeescholen en islamitische basisscholen wordt geleerd om zich af te keren van Nederland en van andersdenkenden. Deze zorgelijke signalen in zowel het reguliere als het informele onderwijs hebben de volle aandacht van het kabinet. In deze brief wordt ingegaan op het informele onderwijs. Over het reguliere onderwijs ontvangt u een separate brief.
Het kabinet vindt het in geen geval acceptabel indien mensen in Nederland onze vrijheden misbruiken om antidemocratische, anti-integratieve en onverdraagzame boodschappen te verspreiden. Het kabinet heeft daartoe een aantal maatregelen in gang gezet.
We werken met Rijkspartners en gemeenten aan een integrale aanpak van problematisch gedrag en buitenlandse financiering. We zetten in op het uitbreiden van de mogelijkheden om in te grijpen. Ten eerste zetten we in op het transparant maken van internationale geldstromen (donaties) naar maatschappelijke organisaties. De inzet en de verwachting is dat dit voorstel voor het einde van dit jaar naar de Raad van State zal worden gestuurd voor advisering. Ten tweede wordt een proeve van wetgeving voorbereid om financiële stromen uit onvrije landen richting maatschappelijke organisaties te verbieden. De inzet voor deze proeve is deze begin volgend jaar aan de Raad van State voor te leggen voor advies. Ten slotte hebben we een voorstel in voorbereiding waarmee de mogelijkheden worden verruimd voor het verbieden van rechtspersonen waarvan de werkzaamheden in strijd zijn met de openbare orde, als bedoeld in artikel 2:20 BW. Dit voorstel ligt nu bij de Raad van State voor advies.
Ten aanzien van informele scholing wordt in opdracht van SZW een verkenning uitgevoerd, waarin ook gekeken wordt naar de mogelijkheden voor toezicht en kwaliteitsverbetering bij informele scholing. De resultaten van dit onderzoek worden begin volgend jaar verwacht. In de tussentijd kst-29614-136 ISSN 0921 - 7371 's-Gravenhage 2019
worden binnen de Taskforce problematisch gedrag en ongewenste buitenlandse financiering zorgwekkende signalen bijeen gebracht en werken we met rijk en gemeenten aan een gezamenlijke aanpak.
Tot slot is het goed om te beseffen dat degenen die het meest door deze praktijken geraakt worden de islamitische gemeenschappen zelf zijn. Zij worden dubbel geraakt. Ten eerste direct door de problematische invloed van deze salafistische aanjagers, waardoor kinderen met de rug naar de samenleving komen te staan en zij zich steeds minder thuis voelen in hun eigen land. En ten tweede omdat de islamitische gemeenschappen als geheel worden aangekeken op het problematisch gedrag van deze kleine groep. Zo wakkeren zij bewust polarisatie aan en dat is onacceptabel. Het kabinet steunt de mensen binnen de islamitische gemeenschappen die de signalen uit de Nieuwsuuruitzendingen evenzeer onacceptabel vinden.
Het is dan ook van het grootste belang dat van binnenuit tegengeluid is en weerbaarheid wordt versterkt. Daarover zijn we voortdurend met vertegenwoordigers van islamitische gemeenschappen in gesprek.
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
-
W.Koolmees
De Minister voor Rechtsbescherming,
-
S.Dekker
Tweede Kamer, vergaderjaar 2018-2019, 29 614, nr. 136 2