Brief commissie aan bewindspersoon: Verzoek inzake inzet en bruikbaarheid van beleidsdoorlichtingen - Beleidsdoorlichting Infrastructuur en Waterstaat - Hoofdinhoud
Deze brief is onder nr. ? toegevoegd aan dossier 32861 - Beleidsdoorlichting Infrastructuur en Milieu.
Inhoudsopgave
Officiële titel | Verzoek inzake inzet en bruikbaarheid van beleidsdoorlichtingen |
---|---|
Documentdatum | 07-02-2019 |
Publicatiedatum | 07-02-2019 |
Kenmerk | 32861, nr. ? |
Externe link | origineel bericht |
Originele document in PDF |
Tweede Kamer
Commissie I&W
DER STATEN
GENERAAL
Aan de bewindspersonen van Infrastructuur en Waterstaat
Plaats en datum:
Betreft:
Ons kenmerk:
Den Haag, 7 februari 2019
Inzet en bruikbaarheid van beleidsdoorlichtingen
2019Z02176/2019D04913
Geachte mevrouw Van Nieuwenhuizen Wijbenga, geachte mevrouw Van Veldhoven-van der Meer,
De vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat heeft tijdens de procedurevergadering van 6 februari 2019 gesproken over de bruikbaarheid van de Beleidsdoorlichting artikel 22 Omgevingsveiligheid en milieurisico's (Kamerstuk 32861, nr. 42).
De commissie verzoekt u om een reactie op de volgende vijf aandachtspunten:
-
1.de beleidsdoorlichting verschaft niet het beoogde inzicht in het bereiken van het maatschappelijke doel van het beleid;
-
2.enkele essentiële beleidsinstrumenten om het maatschappelijke doel te bereiken, zoals toezicht en handhaving door de Inspectie Leefomgeving en Transport, zijn buiten beschouwing gelaten;
-
3.het oordeel van het onderzoeksbureau over de doeltreffendheid en doelmatigheid van het beleid is merendeels onvoldoende onderbouwd, waarbij kwantitatieve onderzoeksgegevens veelal ontbreken en de kwalitatieve argumentatie beperkt is;
-
4.bij de vermindering van regeldruk worden conclusies getrokken over de geleverde inspanningen en niet over de gemeten of ervaren regeldruk zelf;
-
5.in tegenstelling tot de Regeling Periodiek Evaluatieonderzoek zijn in de beleidsdoorlichting vrijwel geen suggesties voor verbeteringen voor het beleid zelf opgenomen.
In verband met het bovenstaande verzoek is de feitelijke vragenronde van 7 februari 2019 over de genoemde beleidsdoorlichting tot nader order uitgesteld.
Op basis van uw reactie zal de commissie bezien op welke wijze zij een bijdrage kan leveren aan de inzet en bruikbaarheid van beleidsdoorlichtingen in bredere zin.
Hierbij breng ik u dit verzoek van de commissie over.
Hoogachtend,
de griffier van de vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat,
M.Y. Israel
Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag
-
T.070-3182211