Brief regering; Monitor agressie en geweld 2018 - Naar een veiliger samenleving - Hoofdinhoud
Deze brief is onder nr. 536 toegevoegd aan dossier 28684 - Naar een veiliger samenleving.
Inhoudsopgave
Officiële titel | Naar een veiliger samenleving; Brief regering; Monitor agressie en geweld 2018 |
---|---|
Documentdatum | 24-06-2018 |
Publicatiedatum | 27-06-2018 |
Nummer | KST28684536 |
Kenmerk | 28684, nr. 536 |
Externe link | origineel bericht |
Originele document in PDF |
28 684 Naar een veiliger samenleving
Nr. 536 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 24 juni 2018
Politieke ambtsdragers moeten vrij van dwang en dreiging hun ambt kunnen uitoefenen. Elke vorm van bedreiging of ongewenste beïnvloeding, vind ik onacceptabel. Daarom heb ik begin dit jaar het Netwerk Weerbaar Bestuur1 opgericht en houd ik met de tweejaarlijkse monitor Agressie en Geweld Openbaar Bestuur een vinger aan de pols waar het gaat om agressie en geweld tegen decentrale politieke ambtsdragers.
De monitor Agressie en geweld openbaar bestuur 2018
Hierbij bied ik uw Kamer de rapportage aan van de monitor Agressie en Geweld 20182. Deze monitor heeft betrekking op politieke ambtsdragers bij provincies, waterschappen en gemeenten en is uitgevoerd in de periode tot aan de gemeenteraadsverkiezingen 2018. In de monitor is politieke ambtsdragers gevraagd naar hun ervaringen in de laatste 12 maanden (dus vooral in 2017).
Uit de monitor blijkt dat agressie en geweld tegen bestuurders en volksvertegenwoordigers de afgelopen vier jaar licht gestegen is. Van de politieke ambtsdragers bij waterschappen, provincies en gemeenten heeft 29% in de laatste 12 maanden uit hoofde van het ambt te maken gehad met agressie of geweld (dit was in 2016 nog 27%). Bij raadsleden is een stijging zichtbaar van 24% in 2016 naar 28% in 2018 en bij wethouders van 38% (2016) naar 40% (2018). Bij burgemeesters is er juist een daling van 55% (2016) naar 43% (2018). Het grootste deel van de incidenten tegenover politieke ambtsdragers wordt gevormd door verbaal geweld in persoonlijke contacten (38%). De agressieve en intimiderende uitingen via sociale media zijn in de afgelopen jaren toegenomen naar 31% in 2018.
Ondersteuningsteam Weerbaar Bestuur
De monitor bevestigt het beeld uit de actualiteit: de druk op bestuurders neemt toe. De opgaven en belangen in het openbaar bestuur zijn groot en de te verdelen middelen schaars. Dat roept reacties op die, wanneer deze niet op democratische wijze hun weg vinden, van politieke ambtsdragers een grote weerbaarheid vragen. Recente voorvallen, zoals bedreiging met een vuurwapen, een steen door de ruit, in brand gestoken auto’s of aanhoudend lastig vallen en zwart maken via sociale media laten zien dat die persoonlijke vorm van ondersteuning noodzakelijk is. Ik zie dat bestuurders die stevig inzetten op de aanpak van ondermijning worden bedreigd en dat discussies over integriteitskwesties escaleren. Dan is het van belang dat er steun is in de directe nabijheid, maar dat ook van buiten snel en met de nodige vertrouwelijkheid en zorgvuldigheid ondersteuning op maat kan worden geboden.
Vanuit het Netwerk Weerbaar Bestuur laat ik daarom invulling geven aan een Ondersteuningsteam Weerbaar Bestuur dat direct na een incident ter plaatse gaat en basisondersteuning aan politieke ambtsdragers geeft. Bijvoorbeeld (oud-) bestuurders en volksvertegenwoordigers kunnen hun ervaring en kennis op dit terrein delen en adviseren over welke vervolgstappen te zetten. Dat kan onder meer gaan om aangifte doen, welke nazorg gewenst is, en hoe inwoners te informeren over een incident. Waar nodig worden snel experts uit het netwerk ingeschakeld die extra ondersteuning geven op veiligheid (beveiliging), integriteit en ondermijning, maar ook voor het regelen van goede nazorg aan betrokkenen en hun gezin.
Preventieve beveiliging
Ook als er niet meteen een concrete dreiging is, is het nodig de persoonlijke veiligheid van politieke ambtsdragers en de veiligheid in en om de eigen woning onder de loep te nemen. Recent onderzoek toont aan dat de beveiliging van politieke ambtsdragers beter kan.3 Zowel preventief (als er nog geen incident heeft plaatsgevonden) als na een incident. Om politieke ambtsdragers laagdrempelig inzicht te geven in manieren om de kans te verkleinen om zelf slachtoffer te worden, heeft het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid (CCV) voor bestuurders en volksvertegenwoordigers een Zelfscan persoonlijke veiligheid ontwikkeld.4In aansluiting daarop komt via het Netwerk Weerbaar Bestuur een Basisscan veilige woning beschikbaar. Ik ga voorts met betrokken partijen verkennen in hoeverre het (in aansluiting op het Stelsel Bewaken en Beveiligen) wenselijk en haalbaar is te komen tot een «starterspakket» voor aantredende burgemeesters, met een risicoanalyse en een bijpassend beveiligingsniveau.
Normstelling
Een kleine meerderheid van de respondenten vindt dat er een duidelijke norm is geformuleerd vanuit de organisatie (minder dan in 2016). Het aantal gemeenten met huisregels sinds de meting in 2012 is toegenomen. Dit is lager voor volksvertegenwoordigers dan voor bestuurders en medewerkers.
Minder politieke ambtsdragers vinden dat incidenten bij de functie horen en dat er om die reden geen aangifte nodig is. De tolerantie gaat omlaag, hoewel nog steeds 20% van de respondenten vindt dat het bij de functie hoort.
Ik ben blij met het signaal dat de tolerantie van agressie en geweld omlaag gaat en de toepassing van huisregels in gemeenten toeneemt. De situatie waarin mensen van mening zijn dat het bij de functie hoort vind ik onaanvaardbaar. Samen met de partners in het Netwerk Weerbaar Bestuur zal ik blijven uitdragen dat heldere normstelling nodig is, bijvoorbeeld door het vaststellen van een gedragscode of stappenplan wat in welke situatie te doen, die door de hele gemeenteraad, Staten of Algemeen Bestuur vastgesteld is.
Voorlichting en training
De respondenten zijn positief over de inzet van de organisatie om agressie en geweld door burgers te voorkomen. Raadsleden zijn minder te spreken over preventie en training dan bestuurders. Wel geeft een kwart van de gemeenten aan dat nieuwe raadsleden dit jaar standaard voorlichting of training krijgen, dat is een flinke stijging. Ik vind het een positieve ontwikkeling dat steeds meer organisaties hun nieuwe volksvertegenwoordigers standaard voorlichting en training rond agressie en geweld aanbieden. Dit zou, net als integriteit, een vast onderdeel moeten zijn van het inwerkprogramma en jaarlijks herhaald moeten worden. Deze duurzame toerusting wil ik via het Netwerk Weerbaar Bestuur blijven stimuleren, ook in 2019 voor de nieuwe Statenleden.
Meldingen, registratie en aangifte
Ruim de helft van de politieke ambtsdragers die geconfronteerd worden met agressie of geweld bespreekt dit of doet hier intern melding van. Registratie van meldingen van incidenten tegen volksvertegenwoordigers zijn minder goed georganiseerd dan bij bestuurders. De meerderheid van de ondervraagde organisaties in het decentraal bestuur beschikken over een interne meldingsprocedure. Toch wordt er door veel organisaties geen sluitende registratie bijgehouden en dat baart me zorgen. Zo is er geen sluitend beeld van exacte aantal incidenten en kan er geen goed zicht komen op kwetsbare processen binnen de hele organisatie. Ik zal hiervoor aandacht vragen bij gemeenten, provincies en waterschappen.
De aangiftebereidheid is laag (10%) en hangt samen met type incident: van zwaardere vormen zoals bedreiging/intimidatie wordt vaker aangifte gedaan. Ik vind het belangrijk dat van alle incidenten melding of aangifte bij de politie wordt gedaan en zal dat richting alle politieke ambtsdragers benadrukken.
Opvang en nazorg
Positieve uitkomst van de monitor is dat 80% van de melders (zeer) positief is over de wijze waarop men het incident met anderen kon bespreken. Met name de burgemeester/CdK, secretaris-directeur, fractievoorzitter of collega-ambtsdragers hebben hierbij een belangrijke rol.
Wel vind ik het een aandachtspunt dat raadsleden aangeven minder vaak tevreden te zijn (49%) over de reactie op incidenten dan wethouders (69%) en burgemeesters (81%). De cijfermatige uitkomsten op het gebied van nazorg van raadsleden zie ik in samenhang met de bevindingen uit een kwalitatief onderzoek dat het Instituut voor Psychotrauma (IVP) onlangs heeft uitgevoerd onder een aantal bedreigde raadsleden over de ondersteuning en zorg die ze hebben ontvangen.5 Voor het Netwerk Weerbaar Bestuur zie ik een rol weggelegd, om te bevorderen dat meer raden een Agressieprotocol vaststellen waarin ook de nazorg wordt meegenomen. Via het hierboven genoemde Ondersteuningsteam Weerbaar Bestuur wordt ook voorzien in begeleiding en vanuit het IVP.
Tot slot
Uit de monitor leid ik af, dat de aandacht gericht op volksvertegenwoordigers achterblijft. Dit is een blijvend aandachtspunt waarover ik in contact ben met beroepsverenigingen en bestuurdersverenigingen van politieke partijen. Zoals gezegd moeten politieke ambtsdragers vrij van dwang en dreiging hun ambt kunnen uitoefenen.
Elke vorm van bedreiging of ongewenste beïnvloeding van de democratie en rechtsstaat, vind ik onacceptabel. Maar zeker waar die rechtstreeks gericht is op de mensen die zich dagelijks inzetten voor een integer en goed openbaar bestuur.
De monitor 2018 sterkt mij in de opvatting dat samenwerking met alle partners nodig is om een stevige inzet op bewustwording en preventie, repressie en nazorg te garanderen.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, K.H. Ollongren
Noot 1
De 28 partners in het Netwerk Weerbaar Bestuur zetten zich in voor het vergroten van de weerbaarheid en veerkracht van politieke ambtsdragers en de organisatie.
Noot 2
Het onderzoek is uitgevoerd door I&O Research in opdracht van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK), mei 2018, raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl
Noot 3
Rapport The Hague Centre for Strategic Studies «Sterke schouders, gedeelde verantwoordelijkheid», mei 2018.
Noot 4
Zelfscan persoonlijke veiligheid: https://hetccv.nl/onderwerpen/veiligheid-politieke-ambtsdragers/
Noot 5
Onderzoek uitgevoerd door het Instituut Voor Psychotrauma (IVP) in opdracht van de Nederlandse Vereniging voor Raadsleden en het Ministerie van BZK, december 2017.