Brief regering; Stand van zaken straalgrit - Problematiek rondom asbest - Hoofdinhoud

Deze brief is onder nr. 137 toegevoegd aan dossier 25834 - Problematiek rondom asbest.

Officiële titel	Problematiek rondom asbest; Brief regering; Stand van zaken straalgrit
Document­datum	17-04-2018
Publicatie­datum	18-04-2018
Nummer	KST25834137
Kenmerk	25834, nr. 137
Externe link	origineel bericht
Originele document in PDF

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Vergaderjaar 2017-2018

25 834

Problematiek rondom asbest

Nr. 137    BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN

WERKGELEGENHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 17 april 2018

Met deze brief informeer ik uw Kamer over de inventarisatie door de Inspectie SZW naar de bedrijven waar met straalgrit is gewerkt dat mogelijk vervuild was met asbestvezels. Tevens informeer ik uw Kamer over de voortgang van het onderzoek door TNO naar de blootstellingri-sico's die zich kunnen hebben voorgedaan bij het werken met dit straalgrit.

Inventarisatie locaties

Op 28 november 2017 heb ik uw Kamer geïnformeerd dat bij de Inspectie SZW op dat moment 594 bedrijven bekend waren die met mogelijk vervuild asbesthoudend straalgrit hadden gewerkt (Kamerstuk 25 834, nr. 133). De afgelopen maanden heeft de Inspectie SZW bij bedrijven nadere informatie opgevraagd. Na beoordeling van deze informatie heeft dit geresulteerd in een lijst van bedrijven waar met mogelijk vervuild grit is gewerkt. De Inspectie heeft deze lijst opgesteld om toezicht te kunnen houden op de naleving van de regels voor het werken met gevaarlijke stoffen in de Arbeidsomstandighedenwet en het Arbeidsomstandighedenbesluit.

Op deze samengestelde lijst staan de namen en adressen van bedrijven die met straalgrit hebben gewerkt, bedrijven waar een ander (straal)bedrijf met het straalgrit heeft gewerkt en afnemers - al dan niet via een tussenpersoon - van het straalgrit.

Om een goed beeld te krijgen van de veiligheid van werknemers die met het straalgrit hebben gewerkt, heeft de Inspectie SZW de bedrijven op de lijst aangeschreven om informatie aan te leveren over hoe het bedrijf met het straalgrit is omgegaan. Op basis van deze informatie bepaalt de Inspectie SZW waar geïnspecteerd wordt.

Door een aantal partijen is met een beroep op de Wet openbaarheid van bestuur een verzoek gedaan om de gegevens te mogen ontvangen van de kst-25834-137 ISSN 0921 - 7371 's-Gravenhage 2018

bedrijven die met mogelijk verontreinigd straalgrit hebben gewerkt en de plaatsen waar dit heeft plaatsgevonden. Ik heb besloten deze informatie openbaar te maken. De gegevens zullen na openbaarmaking worden geplaatst op de website van de rijksoverheid (https://www.rijksoverheid.nl/ documenten?trefwoord=&periode-van=&periode-tot=&onderdeel= Ministerie+van+Sociale+Zaken+en+Werkgelegenheid&type=Wob-verzoek).

Een aantal belanghebbenden heeft bezwaar gemaakt tegen de openbaarmaking omdat zij verwachten dat openbaarmaking zal leiden tot onevenredige benadeling. Hoewel het indienen van bezwaar geen opschortende werking heeft, heb ik met het oog op de rechtsbescherming van deze belanghebbenden in dit specifieke geval de openbaarmaking opgeschort van de gegevens waartegen belanghebbenden bezwaar hebben gemaakt. Deze gegevens zijn op deze lijst doorgehaald.

TNO-onderzoek fase 2

In mijn brief van 31 oktober 2017 heb ik aangekondigd dat ik uw Kamer te zijner tijd zal informeren over de uitkomsten van het onderzoek dat TNO uitvoert naar de mogelijke blootstellingrisico's tijdens het werken met asbest verontreinigd straalgrit (2^e fase TNO onderzoek) (Kamerstuk 25 834, nr. 131). TNO heeft laten weten dat het de nodige moeite heeft gekost om in samenwerking met bedrijven geschikte locaties te vinden voor het uitvoeren van praktijktesten en om reacties te ontvangen op de te onderzoeken werkscenario's. Inmiddels is er een goede en constructieve samenwerking met betrokken partijen tot stand gekomen. Ik verwacht dat ik uw Kamer in de zomer kan informeren over de uitkomsten het TNO-onderzoek.

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

• T. 

  van Ark

Tweede Kamer, vergaderjaar 2017-2018, 25 834, nr. 137 2