Brief regering; Overzicht van pulsonderzoek naar aanleiding van toezegging tijdens het algemeen overleg Visserij op 27 maart 2018 - Herziening van het Gemeenschappelijk Visserijbeleid - Hoofdinhoud
Deze brief is onder nr. 89 toegevoegd aan dossier 32201 - Herziening van het Gemeenschappelijk Visserijbeleid.
Inhoudsopgave
Officiële titel | Herziening van het Gemeenschappelijk Visserijbeleid; Brief regering; Overzicht van pulsonderzoek naar aanleiding van toezegging tijdens het algemeen overleg Visserij op 27 maart 2018 |
---|---|
Documentdatum | 29-03-2018 |
Publicatiedatum | 04-04-2018 |
Nummer | KST3220189 |
Kenmerk | 32201, nr. 89 |
Externe link | origineel bericht |
Originele document in PDF |
32 201 Herziening van het Gemeenschappelijk Visserijbeleid
Nr. 89 BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 29 maart 2018
Tijdens het Algemeen Overleg Visserij van 27 maart jl. heb ik de Tweede Kamer toegezegd per brief een overzicht te geven van de onderzoeken en publicaties aangaande de pulskorinnovatie. Deze vindt u in de bijlage1.
De rapportages vanaf 2000 zijn in dit overzicht opgenomen. Overigens vond ook de jaren hiervoor onderzoek plaats naar de pulskor, maar deze zijn buiten beschouwing gelaten. Dit overzicht toont literatuuronderzoek en onderzoek waaraan pulsvaartuigen hebben deelgenomen. Hiernaast hebben diverse pulsvaartuigen sinds de uitgifte van de toestemmingen deelgenomen aan onderzoek niet specifiek gericht op pulsinnovatie, maar in het kader van bijvoorbeeld doorlopende monitoring.
De Europese verplichting om onderzoek uit te voeren, geldt niet voor de eerste groep van 22 pulstoestemmingen, verleend van 2007 tot 2010. Deze toestemmingen zijn immers gebaseerd op de algemene regel dat 5% van de boomkorvloot met puls mag vissen. Voor de tweede groep van 20 pulstoestemmingen, verleend in de loop van 2011 en 2012, geldt de voorwaarde om deel te nemen aan onderzoek. Ook de laatste groep van 42 pulstoestemmingen, die zijn verstrekt in 2014 in het kader van het brede proefproject dat zich richt op het faciliteren van de invoering van de aanlandplicht, is verplicht mee te werken aan onderzoek. Het belang dat het benodigde onderzoek op een zo breed mogelijke basis kan berusten, heeft daarbij altijd centraal gestaan. Tegen die achtergrond heb ik bovendien de voorwaarde om mee te werken aan onderzoek - via een nationale verplichting - uitgebreid tot de eerste groep van 22 pulstoestemmingen.
De adviezen van de internationale instellingen ICES en STECF en de regionale adviesraad NSAC aangaande pulsonderzoek kunt u ook terug vinden in het overzicht. Dit vanwege de betrokkenheid en de belangrijke rol van deze adviezen in de opzet van de verschillende onderzoeken en het meerjarig onderzoek.
De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, C.J. Schouten
Noot 1
Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl