Reactie van: Actief CDA lid (Reactie op Wetsvoorstel algemene bepaling Grondwet P.A.J. Jahn) bij: Wetsvoorstel algemene bepaling Grondwet - Hoofdinhoud

Vraag1 Wilt u reageren op het wetsvoorstel over het opnemen van een algemene bepaling in de Grondwet, dan wordt u uitgenodigd uw reactie te geven.

Goedemiddag,

Hierbij mijn reactie op het Wetsvoorstel algemene bepaling Grondwet. In het rapport van de Staatscommissie Grondwet uit het jaar 2010 is erover geschreven. Ik sta er volkomen achter. De Staatscommissie heeft het goed geformuleerd. Het zijn valide argumenten die de commissie heeft gegeven.

Ik wil wel in de Memorie van Toelichting nog het volgende opgenomen hebben. Bij de paragrafen 2.1 De waarborgfunctie van de Grondwet en bij 3.1 Democratie, wordt gesproken over één van de grondrechten, namelijk de "Vrijheid van meningsuiting". Dit Grondrecht is een groot goed, maar het heeft wel zijn grenzen. Het kan nooit de bedoeling zijn de vrijheid van meningsuiting te misbruiken door het opzettelijk beledigen van mensen en groepen van mensen. Een bepaalde politicus heeft heel vaak geroepen dat de Islam een politieke ideologie is en geen religie. Dit een grote belediging voor alle Moslims zowel in Nederland, maar ook daarbuiten. De Islam is een vredelievende godsdienstleer en daar past niet een dergelijke uitlating bij. Voor politici, zij hebben ten slotte een voorbeeldfunctie, is het uitermate essentieel dat men eerst goed nadenkt voordat men zaken naar buiten brengt. Ik wil daarom ook spreken van "Vrijheid in gebondenheid". Dit is geen aantasting van de vrijheid van meningsuiting, maar een zekere waarborg dat er geen beledigingen worden geuit naar andere mensen. Het geldt trouwens niet alleen voor politici, maar voor alle Nederlanders en voor maatschappelijke organisaties. Deze vrijheid in gebondenheid geldt ook voor de vrijheid van vergadering en betoging. Het is prima als er in ons land wordt gedemonstreerd, als er maar geen beledigingen of kwetsende uitlatingen worden gedaan. Als men dat toch doet, dient dit strafbaar te worden gesteld. Het wetboek van strafrecht dient dan ook te worden aangescherpt.

Door het begrip "Vrijheid in gebondenheid" op te nemen in de memorie van toelichting, is het Grondrecht "Vrijheid van meningsuiting" beter beschermd. Dit kan ook worden toegevoegd bij paragraaf 4.2 De verhouding tussen wetgever en rechter. Het voordeel hiervan is dat een Rechter kan verwijzen naar de Grondwet.

Met vriendelijke groeten,

P.A.J. Jahn