Motie inzake uitstel van het in artikel 4.6 opgenomen groepsverbod - Voorstel van wet houdende regels met betrekking tot de productie, het transport, de handel en de levering van elektriciteit en gas (Elektriciteits- en gaswet) - Hoofdinhoud
Deze motie i is onder nr. H toegevoegd aan wetsvoorstel 34199 - Elektriciteits- en gaswet i.
Inhoudsopgave
Officiële titel | Voorstel van wet houdende regels met betrekking tot de productie, het transport, de handel en de levering van elektriciteit en gas (Elektriciteits- en gaswet); Motie inzake uitstel van het in artikel 4.6 opgenomen groepsverbod |
---|---|
Documentdatum | 22-12-2015 |
Publicatiedatum | 22-12-2015 |
Nummer | KST34199H |
Kenmerk | 34199, nr. H |
Externe link | origineel bericht |
Originele document in PDF |
34 199 Voorstel van wet houdende regels met betrekking tot de productie, het transport, de handel en de levering van elektriciteit en gas (Elektriciteits- en gaswet)
H MOTIE VAN DE LEDEN MEIJER EN FLIERMAN
Voorgesteld 22 december 2015
De Kamer,
gehoord de beraadslagingen over wetsvoorstel 34 199 houdende regels met betrekking tot de productie, het transport, de handel en de levering van elektriciteit en gas (Elektriciteits- en Gaswet),
gezien het in artikel 4.6 lid 6 van het wetsvoorstel opgenomen groepsverbod,
overwegend, dat Nederland daarmee de enige lidstaat van de Europese Unie is die eigendomssplitsing wettelijk verplicht stelt voor distributiebeheerders,
overwegend, dat destijds in 2006 de opname van dit splitsingsgebod gebaseerd was op de verwachting dat andere EU-lidstaten een vergelijkbaar gebod zouden opleggen, maar dat dat sindsdien niet gebeurd is,
overwegend, dat daardoor Nederland zichzelf in een ongewenste uitzonderingspositie brengt,
overwegend, dat de Nederlandse energiebedrijven Delta en Eneco door een gedwongen splitsing geconfronteerd zullen worden met buitenlandse concurrentie zoals EON, RWE, Vattenfall en GDF die over de financiële slagkracht (zoals een betere credit rating) kunnen beschikken, die past bij een geïntegreerd bedrijf,
overwegend, dat behoud van kennis, expertise en financieringscapaciteit in geïntegreerde Nederlandse energiebedrijven van grote betekenis is, onder andere ten behoeve van het stimuleren van innovatie op het gebied van de energiehuishouding;
spreekt als zijn mening uit dat invoering van een dergelijk groepsverbod voor distributiesysteembeheerders slechts dan aangewezen is indien de EU dit als verplichting aan de lidstaten oplegt,
verzoekt daarom de regering ermee in te stemmen dat -gelet op het gestelde in het eerste lid van art. 12.36 - artikel 4.6, zesde lid, niet in werking treedt dan nadat de verplichting van artikel 9 van richtlijn 2009/72 i en artikel 9 2009/73 wordt uitgebreid naar distributiesysteembeheerders, of op grond van bepalingen uit andere bindende EU-rechtshandelingen een soortgelijke verplichting voor distributiesysteembeheerders tot stand komt,
en gaat over tot de orde van de dag.
Meijer
Flierman
Dercksen
Vos
Ester
Van Rooijen
Ten Hoeve