Verslag van een schriftelijk overleg inzake correspondentie met betrekking tot het halfjaarlijkse toezeggingenrappel - Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (XV) voor het jaar 2015 - Hoofdinhoud
Dit verslag van een schriftelijk overleg is onder nr. G toegevoegd aan wetsvoorstel 34000 XV - Vaststelling begroting Sociale Zaken en Werkgelegenheid 2015.
Inhoudsopgave
| Officiële titel | Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (XV) voor het jaar 2015; Verslag van een schriftelijk overleg inzake correspondentie met betrekking tot het halfjaarlijkse toezeggingenrappel |
|---|---|
| Documentdatum | 21-05-2015 |
| Publicatiedatum | 21-05-2015 |
| Nummer | KST34000XVG |
| Kenmerk | 34000 XV, nr. G |
| Externe link | origineel bericht |
| Originele document in PDF |  |
34 000 XV Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (XV) voor het jaar 2015
G VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
Vastgesteld 21 mei 2015
De vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid1 heeft in haar vergadering van 24 maart jl. gesproken over de brief van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 13 maart 2015 in reactie op het overzicht van toezeggingen waarvan de deadline op 1 januari 2015 is verstreken2.
Naar aanleiding daarvan heeft zij de Minister op 27 maart 2015 een brief gestuurd.
De Minister heeft op 19 mei 2015 gereageerd.
De commissie brengt bijgaand verslag uit van het gevoerde schriftelijk overleg.
De griffier van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Van Dooren
BRIEF VAN DE VOORZITTER VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID
Aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Den Haag, 27 maart 2015
De vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft in haar vergadering van 24 maart jl. gesproken over uw brief van 13 maart 2015 in reactie op het overzicht van toezeggingen waarvan de deadline op 1 januari 2015 is verstreken3.
De commissie besloot de toezeggingen T01980, T01984 en T01985 als voldaan te beschouwen. De toezeggingen onder nummer T01963 en T01964 waren in de commissie Financiën aan de orde. Toezegging T01963 is eveneens als voldaan aangemerkt en er werd ten aanzien van toezegging T01964 kennisgenomen van de (eerste) jaarlijkse rapportage over de premieontwikkeling bij de pensioenfondsen. Bij de overige openstaande toezeggingen worden de rappeldata aangepast.
Specifiek met betrekking tot toezegging T01811 wensen leden van de commissie het volgende verzoek aan u over te brengen. Tijdens de behandeling van de Wijziging van de Wet op de bedrijfsorganisatie en de Wet financiering sociale verzekeringen in verband met de financiering van de Sociaal-Economische Raad (SER) op 5 november 2013 heeft u toegezegd de financiering van de SER vanuit het Algemeen Werkloosheidsfonds (AWf) twee jaar na invoering4 te evalueren en daarbij ook de mogelijkheid van financiering uit algemene middelen en alternatieve financieringsvormen te betrekken.
U meldt dat de uitvoering van de evaluatie gedurende 2015 wordt uitgevoerd en dat parallel daaraan de alternatieven in kaart worden gebracht. De planning zou september 2015 zijn. De huidige woordvoerders zouden het echter op prijs stellen in de gelegenheid te worden gesteld met u van gedachten te wisselen over de financiering van de SER voor de Kamerwisseling.
De commissie verzoekt u derhalve de evaluatie en/of tussentijdse informatie met betrekking tot de alternatieven voor financiering van de SER bij voorkeur binnen vier weken aan te bieden.
De voorzitter van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid, J.J. Sylvester
BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID
Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 19 mei 2015
Met betrekking tot toezegging T01811 verzocht de voorzitter van de vaste commissie de evaluatie van de financiering van de Sociaal-Economische Raad (SER) vervroegd aan te bieden.
Tijdens de behandeling van de Wijziging van de Wet op de bedrijfsorganisatie en de Wet financiering sociale verzekeringen in verband met de financiering van de SER op 5 november 2013 heb ik uw Kamer toegezegd de financiering van de SER vanuit het Algemeen Werkloosheidsfonds (AWf) twee jaar na invoering te evalueren.
Ik zal de evaluatie aan uw Kamer aanbieden in september. Momenteel wordt door de SER een interne beoordeling van het thans gehanteerde financieringsmodel uitgevoerd, ter voorbereiding op de evaluatie door het kabinet. Dit staat eraan in de weg uw Kamer nu reeds de evaluatie en de beoordeling van alternatieven voor te leggen. Met toezending in september beoog ik u in de gelegenheid te stellen zich uit te spreken vóór het verstrijken van de genoemde periode van twee jaar na invoering.
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, L.F. Asscher
Noot 1
Samenstelling:
Holdijk (SGP), Kneppers-Heijnert (VVD), Sylvester (PvdA) (voorzitter), Terpstra (CDA), Nagel (50PLUS), Ruers (SP), Elzinga (SP), Koffeman (PvdD), Strik (GL), Flierman (CDA), Backer (D66), Beckers (VVD), De Boer (GL), Van Dijk (PVV) (vice-voorzitter), Ester (CU), De Grave (VVD), Hoekstra (CDA), De Lange (Fractie De Lange), Postema (PvdA), Scholten (D66), Sent (PvdA), Sörensen (PVV), Swagerman (VVD), Kok (PVV), Koning (PvdA), Van Zandbrink (PvdA).
Noot 2
Verslag schriftelijk overleg (Kamerstukken I 2014/15, 34 000 XV, F).
Noot 3
Verslag schriftelijk overleg (Kamerstukken I 2014/15, 34 000 XV, F).
Noot 4
Stb. 2013, 541, inwerkingtreding per 1 januari 2013.