Motie Voortman over het opnamevermogen van de arbeidsmarkt meewegen in het fictieve subsidiebedrag - Wijziging van de Wet werk en bijstand, de Wet sociale werkvoorziening, de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten en enige andere wetten gericht op bevordering deelname aan de arbeidsmarkt voor mensen met arbeidsvermogen en harmonisatie van deze regelingen (Invoeringswet Participatiewet) - Hoofdinhoud
Deze motie i is onder nr. 166 toegevoegd aan wetsvoorstel 33161 - Invoeringswet Participatiewet i.
Inhoudsopgave
Officiële titel | Wijziging van de Wet werk en bijstand, de Wet sociale werkvoorziening, de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten en enige andere wetten gericht op bevordering deelname aan de arbeidsmarkt voor mensen met arbeidsvermogen en harmonisatie van deze regelingen (Invoeringswet Participatiewet); Motie; Motie van het lid Voortman over het opnamevermogen van de arbeidsmarkt meewegen in het fictieve subsidiebedrag |
---|---|
Documentdatum | 19-02-2014 |
Publicatiedatum | 20-02-2014 |
Nummer | KST33161166 |
Kenmerk | 33161, nr. 166 |
Externe link | origineel bericht |
Originele document in PDF |
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Vergaderjaar 2013–2014
33 161
Wijziging van de Wet werk en bijstand, de Wet sociale werkvoorziening, de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten en enige andere wetten gericht op bevordering deelname aan de arbeidsmarkt voor mensen met arbeidsvermogen en harmonisatie van deze regelingen (Invoeringswet Participatiewet)
Nr. 166
MOTIE VAN HET LID VOORTMAN
Voorgesteld 19 februari 2014
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat in Oost-Groningen, Zeeland en Zuidoost-Limburg een sterk bovengemiddeld aantal personen werkzaam is in de sociale werkvoorziening en er sprake is van een slechte arbeidsmarktsituatie ten opzichte van het landelijk gemiddelde;
overwegende dat deze regio’s daardoor voor een extra zware opgave worden geplaatst bij de uitvoering van de Participatiewet, de regio’s daardoor met een groot financieel probleem worden geconfronteerd, de bedrijven in de regio voor een onmogelijke opgave worden geplaatst bij het bieden van voldoende garantiebanen voor mensen met een beperking en er daarom minder mogelijkheden zijn om de efficiencywinst te behalen die het kabinet beoogt;
verzoekt de regering om, binnen het verdeelmodel naast het aantal WSW-dienstbetrekkingen ook het opnamevermogen van de arbeidsmarkt (aantal banen/beroepsbevolking) per COROP-regio mee te wegen in het fictieve subsidiebedrag dat gemeenten voor de bestaande WSW-populatie ontvangen,
en gaat over tot de orde van de dag.
Voortman